Goed wagenparkbeheer kan ertoe leiden dat een band vier cycli meegaat:
Cyclus 1:
De band wordt nieuw op een voertuig gemonteerd.
Cyclus 2:
Na de eerste gebruiksfase wordt de band opnieuw geslepen. In dat geval worden bestaande profielen van een gebruikte band dieper ingesneden met een speciaal ontworpen mes. Opsnijden van banden is alleen toegestaan als dit op de zijkant van de band is aangegeven met het woord “opsnijdbaar”.
Cyclus 3:
Als het profiel van de band na de eerste opsnijcyclus sterk is afgesleten, kan de band na een grondige inspectie en goedkeuring van een nieuw loopvlak worden voorzien.
Cyclus 4:
Als het profiel van de coverband sterk is afgesleten, kan deze opnieuw worden gecoverd.
Deze vier bandencycli kunnen de levensduur van de band met 250% verlengen in vergelijking met de band die na één gebruiksfase voor verwerking wordt opgestuurd. Op deze manier worden veel grondstoffen en olie bespaard. 15 kg afval wordt voorkomen per herprofilering en 55 kg afval per vernieuwing (het uitstellen van het gebruik van een nieuwe band). En tot slot wordt de kilometer/kostprijs van de band positief beïnvloed.